English version

Vrijwilligster Bep vertelt haar ervaringen

“Het zit erop. Mijn Indonesië-reis naar Jasinga om het project met eigen ogen te zien; de realisatie van school no.4, de bestemming van allerlei ondersteunende projecten. Dit alles heeft grote indruk op mij gemaakt.

Samen met Leo, mijn man, ben ik vertrokken en waren met Els Geerts, voorzitter, en Arnold Davies , haar partner, een volle week in Jasinga en zijn met een geweldige ervaring terug gekomen.

Om gezien te hebben waar we het met “z`n allen voor doen”. En nu vanuit je eigen belevingen te kunnen vertellen over de levensomstandigheden in Jasinga . Hoe hard ons aller steun daar nodig is !

Wij hadden hele andere verwachtingen van het land. Wij dachten dat de sociaal economische omstandigheden betreffende werkgelegenheid, scholing, sociale verzorging en infrastructuur op een veel hoger plan lagen.

Nou we hebben het ervaren ! Jawel, in sommige delen van steden en soms ook in dorpen, waar de happy few wonen, hier en daar, zie je welvaart en luxe en dat wordt groots naar buiten gebracht.

Voorbij de rijkdom zien we weer hele primitieve woonomstandigheden. De armste mensen wonen in primitieve bamboehutten, zonder waterleiding en sanitair. Gelukkig is er wel een gezamenlijke waterput en de was doen ze in de kali (rivier). De was hangt men `s morgens overal op waar het maar hangen kan: over heggen, stenen enzovoorts.

Veel mensen werken voor een loon ver onder het bestaansminimum, minder dan een dollar per dag. Een baan is heel moeilijk te krijgen. Soms eerst geld betalen om in aanmerking te komen voor een baan als ambtenaar of als beroepsmilitair.

Buiten de grote steden is de infrastructuurerbarmelijk, weinig wegen en vaak zijn het zandwegen, een en al hobbel waar zigzaggend overheen gereden moet worden. Zo ook in Jasinga, waar Els en ik langs slingerpaadjes op huisbezoek gingen in de kampung (wijk) soms lopend langs een afgrond, of slingerend achterop de motor over smalle weggetjes.

In een kampung wonen hele families dicht “op elkaar ”.

In het kader van “sponsoring van middelbare scholieren” bezochten Els en ik gezinnen in de kampung. Met behulp van de lokale tolk Anton en gebarentaal kregen we informatie over het kind, het gezin en hun leefomstandigheden. Soms schaamde ik me bij de gedachte hoe goed verzorgd we het met z`n allen in ons land hebben.

De opening van de school op woensdag 9 juli was een heel bijzondere ervaring voor ons.

Het was een feest om de kinderen in hun nieuwe uniformen te zien spelen, wachtend op de feestelijkheden rond hun nieuwe school.

En onze rondgang door de nieuwe school,.een hele verandering in vergelijking met vroeger.

Na dit alles gezien en meegemaakt te hebben weet ik héél zeker waar we ‘het’ met z`n allen voor doen hier in Nederland . Voor de gemeenschap daar en voor al de kinderen die ook recht hebben op goed onderwijs, en zo voor zich zelf en hun families een betere toekomst kunnen gaan maken

We hopen opnieuw op ondersteuning van u allen. Er is namelijk nog een groep kinderen die ons aller hulp heel hard nodig heeft”.